Bij de voorzitter overheerst onbegrip over de positie die de Commissie kiest. "Gezien het debacle in Groningen is de Commissie Mijnbouwschade door het rijk ingesteld om ons als burgers te ontzorgen. Ze moet burgers met schade door zoutwinning helpen bij hun schadeclaim. "Heeft u informatie waarmee u kunt laten zien dat de schade door mijnbouw komt? Stuur deze dan mee met uw melding", adviseert de Commissie op haar website. Maar hoe je dat het beste kunt doen, wil ze vervolgens niet zeggen. Wat moet je als burger dan?" Tegelijk geeft de Commissie wel toe dat de schadeafhandeling in Nederland nu al onvolkomen is, zegt Langhout. "Overheden, verenigingen van eigenaren en kerkgemeenschappen kunnen bijvoorbeeld niet bij de Commissie aankloppen, en ook allerlei soorten schade vallen buiten de boot. Imagoschade van Harlingen als toeristenstad, om eens wat te noemen, of bedrijfsschade en funderingsschade. Dat is in Nederland inderdaad niet goed geregeld, vinden ze. Maar het stopt meteen bij die constatering."
In een gesprek heeft de stichting nadrukkelijk de situatie in Wijnaldum aan de orde gesteld. "Daar leven nu al 20 jaar frustraties. Ga daar kijken, ga daar praten", hebben we gezegd. "De les van Wijnaldum is dat je júist nulmetingen moet doen. Anders lopen we het risico dat we in Harlingen over pakweg 20 of 30 jaar in hetzelfde schuitje zitten. In Wijnaldum kunnen ze dus bezoek verwachten. Maar in Harlingen zijn we hier ook nog niet klaar mee."